Kennis maken met Functional Fluency

17/01/2016

We herkennen wellicht allemaal wel het gevoel dat de dingen als vanzelf gaan; datgene wat we aan het doen zijn kost ons geen energie; Sterker nog we krijgen er energie van. Soms zijn het ook momenten waarop we helemaal in het hier en nu ZIJN en als het ware even loskomen van de tijd. “In een Flow zitten” is een uitdrukking die dit gevoel kan beschrijven. Functional Fluency (FF) is een engelse term die letterlijk vertaalt zoiets betekent als doelmatige stroom. FF is een model waarmee we ons gedrag wat beter kunnen begrijpen en dat ons inzichten waarmee we “doelmatig stromend gedrag” kunnen ontwikkelen. Bij elk van deze woorden hebben we wel een voorstelling maar om combinatie ervan te begrijpen zomen we toch even in op deze drie termen:

Beginnend bij de meest voor de hand liggende: Ons gedrag gaat over datgene wat we doen en hoe we dat dat doen. Ons gedrag is meestal door anderen te observeren. Zo kunnen we beschrijven hoe anderen mensen op straat bewegen of met wel stemvolume medereizigers in trein met elkaar praten. Sommige vormen van gedrag echter, zijn op het eerste oog niet direct voor de ander waarneembaar, bijvoorbeeld hoe we onze spieren samentrekken als we het spannend vinden om openbaar te spreken.

Stromend

Bij de term “stromend” is een voor de hand liggend beeld stromend water dat moeiteloos zijn weg vindt in een beekje. Stromen van gedrag is een beeld voor het soepel verlopen van contact. Als we over contact spreken, gaat het niet alleen om de interactie met de ander maar ook de relatie die we met onszelf hebben. Die souplesse in contact kun je ook op deze twee niveaus bekijken:

  • Het gedrag tussen jouw en de ander is stromend als jouw gedrag helpt om het contact tussen jouw en de ander soepel te laten verlopen. Je bent in staat om echt met de ander in contact te komen en bij de ander aan te sluiten. Binnen de coaching noemen we dat ook vaak “in rapport zijn”.
  • Goed in contact zijn met jezelf is van belang om echt contact met de ander te kunnen maken. Wat betekent het eigenlijk om “goed in contact te zijn met jezelf”? Hierover is al ontzettend veel geschreven en er zijn ook vele termen voor te bedenken, zoals authenticiteit en congruent zijn. In essentie gaat het over jezelf goed kennen en in staat zijn om je gedachten, gevoelens en gedrag op elkaar af te stemmen. Dit is vaak makkelijker gezegd dan gedaan en we worden er in het contact met anderen ook nog wel eens op gewezen dat we iets verbaal heel anders zeggen dan we non-verbaal uitdrukken. Als we ons bewust zijn van wat we denken en voelen, kunnen we beter uitdrukken wat we willen of bedoelen.

Een voorbeeld: Irene (34 jaar) heeft al ruim 5 jaar pijnklachten in haar hele lichaam, waarvoor ze inmiddels zoveel dokters heeft bezocht, dat ze tel is kwijt geraakt. Recent heeft een reumatoloog geopperd dat haar klachten wel eens zouden kunnen passen bij fibromyalgie. Irene is opgelucht eindelijk te weten wat ze heeft, maar ze heeft nog steeds geen idee hoe ze nu verder kan met haar leven. Het gesprek met deze reumatoloog was zo abrupt afgelopen, dat ze weer buiten stond voordat ze erg in had. En dat terwijl ze eigenlijk vol vragen zat en nu dus nog steeds zit. Elke keer als ze er nog aan terugdenkt voelt Irene een ontzettende boosheid opkomen. Ze vond de man ontzettend bot en maar weinig begripvol. Er werd geen uitleg gegeven over de diagnose en ze kreeg te horen dat ze er maar mee moest leren leven. Oké, hij had wel gevraagd of ze nog vragen had, maar ze had niet het gevoel, deze specialist de tijd had om haar vragen te beantwoorden of dat haar hij überhaupt serieus nam. Wat zou hij wel niet van haar gedacht hebben, misschien vond hij haar wel een enorme zeurpiet vinden, of een aanstelster. Dat vinden al die dokters, ze kunnen door oorzaak van je klachten niet vinden, dus je klachten worden ook niet serieus genomen. Eigenlijk neemt haast niemand haar meer serieus. Tot dat ze klachten kreeg heeft ze voor iedereen en alles klaar gestaan. Men hoefde haar niet om hulp te vragen, ze was er gewoon. Ze voelt altijd goed aan wie haar helpende kan kon gebruiken. Niet alleen voor haar familie, vriendinnen en collega’s, stond ze dag en nacht klaar, maar ook voor al die chronisch zieken en ouderen, die ze elke dag verzorgde. Ze vond het geen probleem om een dienst van een collega over te nemen. En ach, als die collega dan niet altijd een andere dienst van haar kon overpakken, was dat ook geen ramp. Het deed haar goed iets voor anderen te kunnen doen. Die dankbaarheid, daar kon ze telkens weer een tijd op teren. Daarom is ze destijds ook verpleegkunde gaan studeren. Ze heeft met veel plezier in de thuiszorg gewerkt, tot het niet meer ging. En, nu ze zelf hulp nodig heeft, biedt niemand haar aan om te helpen. Ze kunnen toch wel zien, dat ze pijn heeft en moeilijk beweegt? Waarom zou ze telkens moeten uitleggen hoe ze zich voelt of om hulp moeten vragen? Zij stond ook altijd klaar voor de ander, dus waarom zou men haar nu niet helpen. Irene voelt zich eenzaam in haar lijden en weet nu niet meer hoe ze verder moet.

Voor mensen met chronische (onbegrepen) lichamelijke klachten, zijn er aspecten uit de situatie Irene mogelijk herkenbaar. Irene voelt zich niet gehoord, niet gezien en niet erkend in haar lijden. In haar loopbaan als verpleegkundige in de thuiszorg heeft ze altijd oog gehad voor de behoeftes van anderen. Ze was altijd bezig met bedenken wat ze voor de ander kon betekenen en is daarmee doorgegaan tot ze niet meer kon. Maar heeft ze in al die jaren wel kunnen stilstaan bij datgene waar zij zelf én vooral haar lichaam behoefte aan had? Ook nu zit ze met al haar gedachtes vooral in haar hoofd en maakt ze zich zorgen over wat anderen van haar denken. Ook koestert ze het verlangen dat anderen naar haar omzien en datgene te doen, wat zij al die jaren ook ongevraagd voor anderen deed. Hoe anders had Irene ’s ervaring bij de reumatoloog kunnen zijn, als zij de vragen had gesteld die ze toen had? En wat zou er kunnen gebeuren als Irene haar behoeftes kenbaar zou maken aan haar familie en vrienden? Welke gedachten- en gedragspatronen weerhouden Irene ervan om anderen om hulp te vagen?

Doelmatig gedrag duidt op handelingen of inspanningen die daadwerkelijk bijdragen aan de realisatie van het beoogde doel. In dit kader wordt ook vaak te term efficiënt gebruikt; ons gedrag is efficiënt als onze inspanningen in verhouding staan tot datgene wat het ons oplevert.

Met “doelmatig stromend gedrag” kunnen we die flow raken, waarbij alles als vanzelf gaat. Dan kunnen echt contact met de ander ervaren omdat we ons bewust zijn van onze gevoelens en gedachten en in staat zijn ons gedrag hierop af te stemmen. Het bereiken van ons doel kost ons niet meer energie dan het ons oplevert. In tegendeel, we krijgen er juist meer energie door. Functional Fluency is een methodiek waarmee we onze gedachten en gedrags-patronen kunnen begrijpen. Functional Fluency helpt ons om daar nodig belemmerende overtuigingen en ineffectief gedrag om te buigen naar meer efficiëntere gedachtes en doelmatig gedag. Nieuwe denk- en gedragspatronen welke we verder te ontwikkelen, zodat onze energie vrijer gaat stromen en we onze doelen makkelijker kunnen realiseren.

Wil je meer te weten komen over Functional Fluency en wat deze methodiek voor je kan betekenen in het versterken van je veerkracht en vitaliteit? Op 29 januari houdt Manuela een workshop, “Mijn Veerkracht, Mijn Vitaliteit” Tijdens deze workshop krijg je inzichten over het effect van je denkbeelden en overtuigingen op jouw stemming en daarmee jouw gedrag. Aan de hand van het Functional Fluency model krijg je handvatten om deze dynamiek te beïnvloeden. Je kunt uiteraard ook tijdens een vrijblijvend kennismakingsgesprek ontdekken of (en hoe) jouw kan ondersteunen bij het vergroten van je veerkracht & Vitaliteit.

Volg je hart, het klopt altijd